Bedrijfsgebouwen infrastructuur
De bedrijfsgebouwen infrastructuur zijn de wegensteunpunten en de bedieningsgebouwen voor het Kanaal door Walcheren en de Zeelandbrug. De laatste schakel in het uitvoeringsprogramma Beleidsvisie steunpunten is de nieuwbouw van steunpunt ‘s-Heer Arendskerke. Na positieve besluitvorming zal samen met het Rijk, de gemeenten en het waterschap, de benodigde wegensteunpunten voor de gladheidbestrijding in kaart worden gebracht. Het is hierbij de bedoeling om een aantal van deze steunpunten gemeenschappelijk te gaan gebruiken.
Voor het meerjarig groot onderhoud beschikken we over een beheerkader. Op basis van, een bijgewerkte, 10-jarige meerjarenplanning onderhoud provinciale gebouwen buitendienst, voeren we het uit. In de huidige meerjarenbegroting staan de volgende bedragen voor het gebruikelijke en het groot onderhoud van deze panden:
Tabel 5 – Onderhoud bedrijfsgebouwen en terreinen (× €1.000)
|
2024
|
2025
|
2026
|
2027
|
Structureel onderhoud
|
610
|
613 |
616 |
618
|
Incidenteel onderhoud
|
666
|
398
|
632
|
547 |
Totaal onderhoud Bedrijfsgebouwen en terreinen
|
1.276
|
1.011
|
1.248
|
1.165
|
Er is nu geen sprake van achterstallig onderhoud.
Fietsvoetveer
In 2004 zijn de gebouwen, aanlandingsvoorzieningen en twee SWATH-schepen voor het fietsvoetveer gekocht en in gebruik genomen. De provincie verhuurt deze aan de exploitant van het fietsvoetveer Vlissingen-Breskens; de Westerschelde Ferry B.V. In de huurovereenkomst voor de schepen staat dat de Westerschelde Ferry BV verantwoordelijk is voor het onderhoud aan de schepen. De gebouwen en aanlandingsvoorzieningen worden door de provincie onderhouden. In onderstaande tabel staan de onderhoudskosten weergegeven:
Tabel 6 – Kosten onderhoud faciliteiten fietsvoetveer (× €1.000)
|
2024
|
2025
|
2026
|
2027
|
Totaal onderhoud
|
790
|
674
|
1.090 |
880
|
Najaar 2022 is de herinrichting van het stationsplein in Vlissingen gestart. Dit heeft positieve consequenties voor de toegankelijkheid van de WSF. Daarnaast biedt het project “Wind in de Zeilen” (vanaf 2023) mogelijkheden tot samenwerking met andere partijen (gemeente Vlissingen, Prorail, NS) in het stationsgebied, zodat het hele stationsgebied eenzelfde uitstraling krijgt. Daarnaast kan samenwerking plaatsvinden op het gebied van kaartverkoop, toegang, en toegangspoortjes. De kans is groot dat deze, laatstgenoemde, voorzieningen uit het huidige pand van WSF verdwijnen en elders op het plein gaan plaatsvinden. Hierdoor ontstaat ruimte in het huidige gebouw van WSF.
Op dit moment bekijken we de mogelijkheden om de huidige kantoorruimte WSF effectiever in te delen en eventueel uit te breiden. Ook kijken we naar de toegankelijkheid van het kantoor (momenteel is alleen een trap aanwezig) en het uitbreiden van de faciliteiten voor douche, kleed en wachtruimte personeel (de huidige situatie is Arbo-technisch ontoereikend). Enerzijds kijken we naar de korte termijn om zo snel mogelijk te voldoen aan de Arbo eisen, nemen we ook de lange termijn planning onder de loep . Voor de langere termijn kijken we naar de herinrichting van het stationsplein en de eerder genoemde samenwerking met andere partijen, alsmede de ontwikkeling van de WSF organisatie. Dit ook met het oog op de situatie in en na 2027, wanneer de concessie opnieuw in de markt gezet wordt. Voor de korte termijn oplossing is een bedrag van € 190.000 gereserveerd.
Kantoorgebouwen, waaronder Provinciehuis
De provinciale kantoorgebouwen betreffen het Abdijcomplex (inclusief het deel van het Zeeuws Museum) en het pand Schuytvlot te Middelburg (huisvesting Erfgoed Zeeland). Een meerjarig Beheerplan (BOS) reguleert het beheer en onderhoud aan deze gebouwen. Het onderhoud bestaat uit bouwkundig onderhoud en installatietechnisch onderhoud.
Installatietechnisch onderhoud
- Installatietechnisch onderhoud baseren we op de NEN 2767 (conditiemeting voor bouw- en installatiedelen). Een externe gespecialiseerde partij voerde de inventarisatie en inspectie uit.
- We hebben de planning van dit onderhoud, waar nodig, aangepast aan de planning van investeringen in de gebouwen en bouwkundige renovaties Dit om deze werkzaamheden gecombineerd/tegelijk uit te kunnen voeren.
Bouwkundig onderhoud
- Planning bouwkundig onderhoud baseren we op de inspectierapporten van de Monumentenwacht, die deze inspecties tweejaarlijks uitvoert. Het onderhoud kent 4 classificaties: slecht; matig; redelijk en goed.
- In de rapporten wordt het onderverdeeld in:
- Herstel binnen 0-1 jaar (slecht)
- Herstel binnen 1-3 jaar (slecht/ matig)
- Herstel binnen 3-6 jaar (matig/ redelijk)
- Herstel binnen 6-10 jaar (redelijk)
- Dit wordt opgenomen in het BOS.
- Ook grotere renovaties van gebouwen, waarbij geen bouwkundige aanpassingen aan het gebouw worden uitgevoerd, zijn hierin opgenomen.
Voor het meerjarig groot onderhoud wordt een aparte reserve groot onderhoud gevormd. Dit gebeurt op basis van een bijgewerkte 10-jarige meerjarenplanning onderhoud provinciale gebouwen. In de huidige meerjarenbegroting staan de volgende bedragen voor het regulier en groot onderhoud van deze panden:
Tabel 7 – Kapitaalgoederen gebouwen (× €1.000)
|
2024
|
2025
|
2026
|
2027
|
Onderhoud en vervanging Abdijcomplex
|
646 |
378 |
612 |
527 |
Onderhoud gebouwen en terreinen
|
280 |
283 |
286 |
288 |
Pand Schuytvlot
|
36 |
36 |
47 |
187 |
Zeeuws Museum
|
175 |
155 |
189 |
140 |
Totaal Kapitaalgoederen gebouwen
|
1.137 |
1.426 |
897 |
1.142 |
De komende jaren zal de nadruk liggen op het onderhoud van de niet monumentale panden. Er zal geen subsidie worden aangevraagd dus de kosten voor de Provincie worden hoger. Mogelijk dat over enkele jaren de subsidie weer wordt aangevraagd. Er is momenteel geen sprake van achterstallig onderhoud.
Tijd en plaatsbewust werken (TPBW)
De organisatie heeft de keuze gemaakt om het werken op afstand een (meer) structurele plek te geven in de bedrijfsvoering en de omvang/inrichting van haar kantoorgebouwen aan te passen op de veranderende functie. Provinciale Staten heeft, in de vergadering van 24 juni 2022, hiermee ingestemd. In het najaar van 2022 zijn de aanpassingen in de gebouwen uitgevoerd en zal het TPBW verder doorgevoerd worden. Het is een proces van voortschrijdend inzicht, waarbij we voortdurend kijken hoe (de invulling van) gebouwen nog beter in dienst van personeel en processen kan staan. Hierbij staan niet alleen werkplekken centraal, maar ook de functie van ontmoetingsruimtes en ontvangst van gasten. Het gebouw D en de bovenverdieping van gebouw E zijn niet meer nodig zijn hiervoor zal een andere bestemming gezocht worden. De eventuele opbrengst (verkoop of verhuur) van deze panden zal aangewend worden voor de verduurzaming van het overige gebouwenbestand.
Verduurzaming vastgoed
In het IPO spraken provincies af dat het vastgoed van alle provincies in 2028 energie neutraal is behalve de monumentale panden. Voor monumenten geldt de landelijke afspraak om in 2030 40% CO2 gereduceerd te hebben (ten opzichte van 1990) en in 2040 50%. De voorbereidingen voor de realisatie hiervan zijn al gestart. Uitvoering vindt de komende jaren plaats. Daarbij kijken we niet alleen naar de eigen gebouwen. Ook de omgeving is hierbij in beeld. Het is vooral zaak om de verduurzaming ook echt duurzaam aan te pakken.
De kantoorpanden die geen monument zijn (> 100 m2) moeten in 2023 energielabel C hebben. De uitvoering van de energielabel C aanpassingen zijn in het derde kwartaal van 2022 aanbesteed en in het 4e kwartaal zijn de aanpassingen gestart. Door onvoorziene tegenvallers (de aanwezigheid van asbest en Chroom-6) zullen de werkzaamheden pas in 2024 afgerond kunnen worden.