De jaarrekening laat een positief saldo zien, na voorgestelde overheveling, van bijna € 10,5 miljoen. De voorgestelde overheveling bedraagt ruim € 9,6 miljoen en heeft betrekking op volgende dienstjaren.
Dat saldo is – mede door de gevolgen van corona – een stuk hoger dan in voorgaande jaren, maar kent ook een overwegend incidenteel karakter. Een effect wat we overigens ook constateren bij andere decentrale overheden. In die context vinden we het ook van belang om daar wat specifieker bij de opbouw van het jaarrekeningresultaat stil te staan.
Corona heeft veel onzekerheden met zich meegebracht. Welk perspectief is er om fysiek bij elkaar te komen? Welke werkzaamheden zijn wel mogelijk, of kunnen op een alternatieve wijze doorgang vinden? En hoe ontwikkelt het economisch perspectief zich? In welke mate kan en blijft de Rijksoverheid de bedrijven ondersteunen? Deze onzekerheden maken het moeilijk om tijdig bij te sturen. We vinden het belangrijk om in deze crisistijd te blijven investeren in Zeeland en hebben daarom zoveel mogelijk ingezet om tot uitvoering van de beleidsvoornemens uit de begroting te komen. Daarin zijn we ook afhankelijk van de mogelijkheden en inzet die onze netwerkpartners kunnen bieden. Immers, samen maken we het verschil.
In de najaarsnota en slotwijziging op de begroting hebben we bijstellingen op de begroting gedaan. De slotwijziging is eind oktober 2020 opgesteld. Op dat moment was er nog geen sprake van een volledige lockdown, en konden, met aangescherpte maatregelen, werkzaamheden in beperkte mate doorgang vinden. Veel subsidieregelingen stonden op dat moment open, en waren we in overleg met partners over de uitvoering van projecten. Ook liepen ook andere, meer reguliere beleidstaken door, waarvoor het benodigd is om advies- en procesbudgetten beschikbaar te houden om hier effectief uitvoering aan te kunnen geven.
Met name het moment van het kunnen beschikken van subsidies, waarbij – op basis van het BBV – uit voorzichtigheid direct de last wordt verantwoord, maakt het verschil of een last in 2020 of daarna valt. En zolang subsidieregelingen open staan dient het volledige budget beschikbaar te blijven.
De coronacrisis is nog niet voorbij. Veel blijft nog onzeker. In de voorjaarsnota 2021 gaan we daar ook verder op in. In de toekomstige budgetrondes blijven we scherp kijken naar de uitvoering van de begroting en doen we zo mogelijk – mede in het licht van de onzekerheden die de crisis op dat moment in zich draagt – voorstellen tot bijstelling van de begroting.
Onderstaand is in hoofdlijn een opbouw van het jaarrekeningsaldo 2020 opgenomen. In de bijlage bij het statenvoorstel Jaarstukken 2020, en de memorie van toelichting wordt ook nader ingegaan op voorgestelde overhevelingen. Meer in detail wordt in de 'toelichting op het overzicht van de baten en lasten' een toelichting op de afwijkingen per beleidsdoelstellingen gegeven.
Verklaring rekeningsaldo, na overhevelingen |
plus |
min |
Bedragen x € 1 miljoen |
€ |
€ |
Vrijval voorziening Thermphos |
2,4 |
|
Innovatie infrastructuur en - fondsen |
1,5 |
|
Verschil voorgaande dienstjaren |
1,4 |
|
Beheer (water) wegen |
1,1 |
|
Natuurontwikkeling |
0,9 |
|
Meevallers op programma's |
4,2 |
|
Overige afwijkingen |
|
0,3 |
Afwijkingen mutaties reserves (excl. natuur) |
|
0,6 |
Totaal |
11,4 |
0,9 |
Rekeningsaldo |
10,5 |
|
|
|
|
Vertraging uitgaven als gevolg van o.a. Corona |
9,6 |
|
Saldo volgende dienstjaren |
9,6 |
|
Het hoge saldo wordt voornamelijk veroorzaakt door:
• De vrijval van de voorziening Thermphos.
• Door minder subsidieaanvragen is er niet volledig gebruik gemaakt van de subsidieplafonds bij de innovatie infrastructuur en fondsen.
• Er is een positief resultaat behaald op de post verschil voorgaande dienstjaren. Dit wordt mede veroorzaakt door een positieve afrekening Provinciefonds 2019 en lagere subsidieafrekeningen.
• De onderbesteding bij het beheer van de (water)wegen wordt op hoofdlijnen veroorzaakt door de gladheidbestrijding. Ook is minder onderhoud uitgevoerd aan de droge kunstwerken.
• Bij natuurontwikkeling is er met name sprake van hogere inkomsten uit grondverkopen.
Voor een nadere toelichting verwijzen wij u ook naar de bijlage bij het Statenvoorstel Jaarstukken 2020.