Goed openbaar bestuur draagt bij aan de kwaliteit van de samenleving en aan de welvaart. Het provinciebestuur zet zich in om de kwaliteit van dat openbaar bestuur te vergroten. De laatste decennia hebben zich gekenmerkt door grote decentralisaties van Rijkstaken naar de gemeenten en Provincies. Zo werden de beleidsvelden regionale economie en natuur naar de Provincies gedecentraliseerd en werd het sociaal domein bij de gemeenten ondergebracht.
De laatste jaren dringt het besef door dat de opgaven waar de overheden voor staan te complex zijn om deze via alleen structuuroplossingen tot stand te brengen. De boodschap van het Interbestuurlijk programma, is dat alle overheden zullen moeten samenwerken als ware er één overheid. Dat is nodig om oplossingen rond klimaat, energie en economische ontwikkeling te realiseren.
Recent is het Overleg van Zeeuwse overheden (OZO) gestart. De bedoeling van het OZO is om een volgende stap te zetten in de samenwerking tussen de Zeeuwse overheden, én op de versterking van de bestuurskracht van de Zeeuwse overheden en profilering naar Den Haag en Brussel (permanente lobby). De eerste taak van dat bureau is het opstellen van een gezamenlijke agenda, waarvoor het Interbestuurlijk Programma het vertrekpunt is. Wij vinden het erg belangrijk dat het OZO een succes wordt en tot verbetering van de bestuurskracht leidt. De ingezette lijnen rond de opvolging van het advies #Hoedan, over Zeeuwse samenwerking, en het streven naar regionale afspraken met (samenwerkende) gemeenten zetten we door. De komende tijd maken we regionale afspraken met (samenwerkende) gemeenten. Ook gaan we verder met het verbeteren van de functionele samenwerking met het waterschap.
Zeeland heeft echter niet alleen een ‘interne’ samenwerkingsnoodzaak. Door haar strategische ligging ontleent Zeeland belangrijke (economische) kansen aan de samenwerking met Vlaanderen, met Brabant en met Zuid-Holland. Verder zijn het Rijk, en Europa belangrijke partners om opgaven te kunnen realiseren.
Om naar buiten effectief te kunnen optreden, is eendrachtige samenwerking binnen Zeeland noodzakelijk. Alhoewel daarin belangrijke stappen zijn gezet, resteren er ook nog grote zorgen. We zien nog (te) weinig aandacht en organisatiekracht voor de regionale vraagstukken en een gemeenschappelijke agenda. De inzet op samenwerking zien we daarom niet als vrijblijvend, maar als noodzakelijk om aan de gezamenlijke opgaven voor Zeeland invulling te kunnen geven.
In andere provincies spelen vaak dezelfde vraagstukken. Daarom werken we samen in IPO-verband. Vooral met Fryslân zien we veel gelijkenissen. Het maakt het zinvol ervaringen uit te wisselen en vaker gezamenlijk op te trekken naar het Rijk. De samenwerking die we met Fryslân hebben opgezet, en waar ook BZK bij is betrokken, continueren we daarom in 2020.
Ook voor de rol van Provinciale Staten hebben de hierboven beschreven ontwikkelingen consequenties. Waar de opgaven samen met andere partijen moeten worden opgepakt en gedefinieerd, verschuift de rol van PS naar vormen van netwerksturing. In 2018 zijn hiermee de eerste ervaringen opgedaan. In 2019 zullen de ervaringen worden geëvalueerd en in 2020 verder worden toegepast.